Een echt Bretonneke

Joep Rooijakkers bepleit dat de Breton een echte all-rounder is

Meijel, 25 mei 2024, Josephine Floor


Daags voor de Clubmach van de Epagneul Breton Club bezoeken we Joep Rooijakkers, samen met de keurmeester Pascal Garand en zijn reisgenoot

Michel Le Guen uit Bretagne.

Wanneer je bij Joep en zijn vrouw Ria aankomt ademt alles Breton! Tot in de toegangshekjes is een Bretonnetje verwerkt en als je daar doorheen bent dan valt je blik direct op een prachtig groot bronzen beeld van een Breton op een muurtje. Het treft je als een mokerslag zo mooi. Onder het genot van Limburgse vlaai kregen we een prachtig overzicht te zien van de bronzen beelden van Joep. De Breton is zo goed getroffen in zijn uitstraling bij alle beeldjes. Ook Pascal en Michel waren diep onder de indruk. 


Buiten op het tuinpad had Joep een duif weggelegd en nadat het hekje dicht was en we naar de auto liepen, haalde Joep JouJou uit de auto. Zet hem rustig naast zich neer met de opdracht ‘apport’. De kleine Breton rende naar het hek en sprong er overheen, om twee tellen later weer over het hek met de duif terug te komen. Alles in totale rust en vol enthousiasme. Dit was een opwarmertje voor wat er nog ging komen. 

Ongeziene apporten met verleiding


JouJou wordt ingezet op een lang recht pad. Op ongeveer 150 meter is rechts van het pad een mooi stukje bos en daar lag een duif (eerder weggelegd door broer Frits die als helper optrad). Op de terugweg met de duif werd er aan de andere kant van het pad geschoten en nog een duif in het hoge gras gegooid. 

Joep stuurt de hond voorruit en ter hoogte van het bosje fluit hij om JouJou te laten zitten. Joep fluit de hond op zijn vingers! Heel bijzonder. Hij kan dit in alle toonaarden en communiceert op die manier met zijn hond. Hij stuurt de hond naar rechts en JouJou gaat het bosje in om na een paar minuten terug te komen met de duif. Terug op het pad wordt er geschoten, maar JouJou rent stoïcijns door naar de baas en geeft de duif keurig af. De hond heeft de duif bij het schot niet kunnen zien, want hij was al op de terugweg, maar het schot heeft hij natuurlijk wel gehoord. Joep zet de hond opnieuw in en zegt: ‘Weet je het nog? Apport!’ JouJou rent weer de weg af duikt links het hoge gras in en zocht goed om terug te komen met de duif. Weer in alle rust zonder gefluit en geroep.

JouJou heeft er zichtbaar plezier in om het wild op te halen voor de baas.

Water apport


We staan aan de rand van een grote vijver waaromheen een brede, hele hoge grasrand staat.

De hond wordt naast Joep ingezet op een zeer ruime afstand van de rand van het water. Er klinkt vanaf de overkant een schot en even later horen wij een plons van de eend. JouJou kan absoluut niet zien waar de eend valt en kan alleen afgaan op het geluid. Joep geeft het commando apport en de hond vindt zijn weg door het hoge gras naar de rand van de vijver, die wij ook niet konden zien. We horen alleen dat de hond het water in gaat en zien hem even later zwemmen duidelijk zoekend naar de eend. Hij heeft het schot en de plons goed gemarkeerd, want JouJou zwemt direct ver de vijver op. We zien dat hij ineens de eend in de gaten heeft, zwemt er naartoe en pakt de eend in de bek. Zonder enige aarzeling komt hij met de eend aan en geeft hem aan Joep. Prachtig om te zien.

Dirigeer apport


Dat werd wat bemoeilijkt door het hoge gras. Vooraf had Joep in het zicht van ons als toeschouwers een duif opgegooid helemaal rechts achterin op het veld op zo’n 200 m afstand zonder zelf in het veld te komen, maar wij wisten op deze manier waar de duif ongeveer moest liggen. De hond wordt aan het begin van het veld ingezet en met het commando ‘vooruit’ duikt JouJou het veld in en loopt keurig in een rechte lijn naar achter voor zover wij het konden volgen in het hoge gras. De wind kwam wat ongunstig op dat moment en Joep fluit de hond die op zijn achterpoten gaat staan om te kijken wat de baas van hem wil. Hij wordt naar rechts gestuurd, maar weer zijn we die kleine Cob weer even kwijt. Ineens zien we JouJou helemaal rechts van het veld terugkomen zonder de duif. Joep fluit en stuurt hem weer naar achter. JouJou doet dat heel braaf, maar ook fanatiek. Hij is echt op zoek naar het wild waarvan hij vertrouwt dat het er moet liggen. Anders stuurt de baas hem er niet op uit. Ineens ziet Pascal de hond en zegt ‘hij heeft de duif in zijn bek’. JouJou komt met de duif aangerend, koppie mooi omhoog en geeft hem keurig af. Inmiddels staan zowel Pascal als Michel vol bewondering te kijken hoe Joep zijn hond in alle rust voorjaagt waarbij JouJou zelfstandig, maar toch ook samen met Joep bezig is. Een enorme passie laat deze hond hier voor het apport zien en ook dat dwingt veel respect af.

Jammer, dat door het hoge gras het dirigeerwerk minder goed uit de verf kwam, maar JouJou heeft de opdracht keurig uitgevoerd en het wild is binnen.

Sleepspoor


Dan komt als laatste een apport met een sleepspoor van een eend over zo’n 250 meter, die getrokken is door Frits waarbij de hond uit zicht blijft. De sleep loopt rond de vijver, maar eindigt ook nu weer in de zeer hoge begroeiing bij de vijver. JouJou wordt ruim voor de start van de sleep ingezet op een pad en op het moment dat het sleepspoor begint fluit Joep de hond en stuurt hem naar links onder de wind met het zachte commando ‘zoek sleep’! We kunnen de hond deels volgen, maar later in het gras zien we alleen de pluimen bewegen die verraden waar de hond zich bevind. De hond komt vlot terug met het apport na de sleep direct goed te hebben opgepakt. Hij wist precies waar hij mee bezig was en wat er verwacht werd. Alle apporten binnen!

Er wordt vaak beweerd dat een Breton moeilijk apporteert en dus minder geschikt voor de praktische jacht, maar Joep bewijst elke keer weer het tegendeel. 


Het mag duidelijk zijn dat hier veel tijd in gaat zitten.

Geduld, vertrouwen in je hond en doorzetting vermogen zijn daarbij de graadmeter, maar dan heb je zoals Joep terecht beweert een echte allrounder in huis.

Donatie beeld aan het Breton museum


Na de demonstratie vond de overdracht plaats van het bronzen beeldje van een Breton. Pascal is er werkelijk heel blij mee en zal zorgen dat het beeldje in het museum op een mooie plek komt te staan. Het beeldje zal op de Nationale Elevage in Selles-Saint-Denis op zondag 7 juli overgedragen worden aan Ives Joncour, voorzitter van de CEB (Club Epagneul Breton) in Frankrijk en ook woonachtig in Bretagne vlak bij het museum. Hij zal er mede op toezien dat het beeldje op de juiste plek terecht komt.

Een mooi einde van een prachtige dag waarbij duidelijk was dat we een gezamenlijke passie deelden voor de Breton als ras, jachthond en maatje in het veld.


Het museum in Callac is te bezoeken:

'La maison de l’Épagneul Breton’

21 Place du Neuf Avril 1944

22160 Callac

Het is wel een écht Bretonneke he?

Joep Rooijakkers, september 2018


Wie van ons heeft deze opmerking niet al met de nodige regelmaat gehoord? 

Vaak klinkt het als muziek in onze oren! Zeker als het gaat om de typisch Bretonse stijl, waarin ons dappere viervoetertje zijn ruime veld afzoekt, zijn rollende bewegingen etaleert en zijn gedecideerde punten maakt.


Soms ook is deze opmerking echter minder flatteus bedoeld en moet ze beschouwd worden als een vergoelijkende aanmerking als gevolg van een helaas wijd verspreid idee over een gebrek aan betrouwbaarheid bij dit zo eigenwijs geachte dondersteentje. Zeker als het gaat om zijn aanleg voor het werk na het schot blijven de geruchten met de nodige hardnekkigheid de ronde doen, dat de Breton hierin minder degelijk zou zijn. 


Het is een feit, dat het grote merendeel van de Bretoneigenaren een sterke voorkeur heeft voor de jagende kwaliteiten van zijn hond vóór het schot. In vergelijking met de gemiddelde eigenaar van de diverse andere continentale staande hondenrassen is de Bretoneigenaar dan ook minder geïnteresseerd in brede en uitgebreide apporteercursussen. Ook in het fokbeleid of bij de aankoop van een Breton speelt de apporteeraanleg voor hem geen hoofdrol. De aangeboren mentaliteit om te willen jagen krijgt de voorkeur boven een aangeboren will to please bij het apport. En daar is zeker niks mis mee. Want als we ergens voor moeten oppassen is het dat de meest fundamentele jachtkwaliteit van de staande honden niet verloren zal gaan in een onjuiste concurrentie met de wel haast door het apport geobsedeerde retrievers.


Een Breton met de goede jachtmentaliteit in handen van iemand die ook aan het werk na het schot de nodige en deskundige aandacht besteedt, doet in zijn algemene gebruikswaarde beslist niet onder voor welk ander continentaal staande hondenras dan ook. 


Als er bij een wat minder goed moment in de opleiding van mijn jonge Breton weer eens geschamperd wordt, dat het wel weer “een écht Bretonneke” is, beantwoord ik deze vergoelijkende maar stiekem voor mij toch wat irritante opmerking met een eenvoudig rekensommetje, waaruit blijkt, dat de vier verschillende Bretons die ooit aan de diverse Coldewey Trofeeën deelnamen, met drie keer een tweede plaats en een keer een zevende plaats, ten opzichte van alle andere rassen gemiddeld het beste scoorden sinds het begin van deze vijfkamp in 1996.